Het eerste hoofdstuk van "Billy Summers" van Stephen King was bevreemdend. Dit is niet de schrijfstijl die ik verwacht van Stephen King. Je moet de verteller correct identificeren: hij is alwetend en staat heel dicht bij het hoofdpersonage Billy Summers. Hij vertelt het verhaal op dezelfde manier als hoe Billy over de wereld om zich heen denkt. De verteller spreekt in tegenwoordige tijd en in korte zinnen.
Ook inhoudelijk is het niet meteen een King-boek. Billy is een huurmoordenaar die gevraagd wordt een aanslag te plegen. De opstart van het verhaal doet een beetje denken aan "22/11/63" maar dan zonder het tijdreizen: een man die zich moet integreren in een gemeenschap in afwachting van een speciaal moment wanneer hij moet handelen. Dat doet hij onder het mom van een schrijver die aan een nieuw boek werkt.
Gaandeweg beraamt Billy een ander plan dan wat zijn opdrachtgevers hem aanbieden. Hij is een heel voorzichtig man, en we zijn getuige van zijn handelingen om achteraf pas te weten te komen waarom hij die dingen doet. Het is dus niet alleen de hele tijd gokken wát Billy precies gaat doen, maar ook waaróm hij het doet.
Je begint je als lezer af te vragen wat er zal mislopen met het plan, want er moet immers een boeiend verhaal verteld worden. King geeft echter een compleet andere draai aan dat verhaal dan je zou verwachten, met de introductie van een extra personage.
King speelt met vertelperspectieven. De achtergrondgeschiedenis van Billy Summers laat hij door de man zelf vertellen in de vorm van het boek dat hij in dit verhaal schrijft. De twee verhaallijnen wisselen elkaar af tot het verleden het heden heeft ingehaald.
Het is allemaal goed geschreven en de wisselwerking tussen de personages is geweldig, maar inhoudelijk blijf ik het geen boek van Stephen King vinden, zoals bijvoorbeeld "The Institute" dat wel was. Ik blijf dus wat op mijn honger zitten omdat ik toch iets specialer verwachtte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten