Het werd wel eens tijd om een Jeroen Brouwers te lezen, al is het maar uit respect voor zijn overlijden dit jaar. Zonder enig idee waar "Geheime Kamers" over zou gaan, begon ik te lezen. Al meteen verraste de frisse, duidelijke schrijfstijl mij. Om eerlijk te zijn had ik iets veel duffer verwacht.
Op de cover zien we het skelet van een dinosaurus en een jojoënde operazangeres. Al deze elementen passeren al de revue in de eerste pagina's, hoewel dit specifieke beeld van de zangeres pas een stukje verderop in het boek opduikt.
We lezen het verhaal verteld door Jelmer van der Hoff (denk ik toch, de schrijfwijze van zijn achternaam verandert regelmatig), die door omstandigheden terug in contact komt met zijn oude crush Daphne. Ze beginnen een telefoon- en briefrelatie en uiteraard - anders zou er niet veel te vertellen zijn - zijn we getuige van hoe alles langzaamaan misloopt.
De Jelmer-verteller geeft vaak rake opmerkingen zonder overintelligent te doen. Anderzijds onderschat hij de intelligentie van de lezer niet en legt hij niet meteen alles tot in de puntjes uit. Dit is een prachtig evenwicht waar veel schrijvers makkelijk de verkeerde kant opgaan. Niet zo bij Brouwers. Je voelt meteen dat hij zijn lezers respecteert en hen iets fatsoenlijks wil aanbieden.
Na de eerste 100 pagina's begin je je wel af te vragen: "Wat gaat er de komende 400 pagina's nog gebeuren?" Ik had schrik dat het allemaal wat zou blijven aanslepen zonder belangwekkende gebeurtenissen. Maar Brouwers naait de rest van het verhaal netjes aan elkaar, alsof het niets is, en stukje bij beetje ontdekken we wat zich allemaal in die titulaire geheime kamers - waarvan alle personages er wel hebben - verbergt.
Verschillende mensen vertelden me al dat dit zijn meest toegankelijke boek is, maar toch nodigt dit boek zeker uit om meer van Brouwers te lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten