donderdag 14 december 2017

De Val

Smokey Joe’s Photo from upenn.edu
Trudy reikt in de binnenzak van haar jas. “Ik heb iets voor je, bro.”

Walter zet zijn bierglas naast haar cola op de toog. Hij draait zich naar haar. De houten poten van de barkruk slaken een kermend protest.

Ze haalt haar verrassing boven. Een geketende zon pendelt tussen hen in.

“Pa’s zakhorloge? Hoe kom je daar aan?”

Trudy grijnst triomfantelijk. “Gegrist uit de kist. Ik wist dat mijn grote broer het zich zou beklagen dat hij geen herinnering aan papa overhield.”

“Trudy, dat meen je niet. Heb je die echt van hem gestolen?”

“Is het echt stelen, Wally? Beschouw het als een erfenis. Als papa langer had geleefd, zou hij het je zelf hebben gegeven. Zijn tijd was te snel op. Hier, neem aan.”

De massa cafégangers in Smokey Joe’s splijt open en baart een zwalpende figuur. Hij steekt zijn lange, sluikse haar achter zijn oren. Veegt handen af aan zijn Led Zeppelin T-shirt. Houdt onstabiel halt om de Bikkels in zich op te nemen. Overtuigd dat Walter en Trudy echte mensen zijn en geen waanvoorstellingen, strompelt hij naar hen toe. Zijn trillende ogen slagen er nauwelijks in het horloge, nog bengelend aan Trudy’s vingers, te vangen.

“Makker, je hebt de tijd opgesloten in een gouden kooi. Hoe slecht is dat?”

Zijn hand zwemt zigzaggend naar het horloge. Adem als ansjovis op een brandende radiator wikkelt zich rond Walter en Trudy.

“Komaan jongen, rot op. We zijn niet in de stemming voor grapjes.” Walter tikt de hand weg. Trudy hapt naar adem en laat het horloge vallen als de hand op haar dijbeen landt.

“Oh, fluwelen streling van wellust,” zegt de kerel. “Nog beter.” Zijn hand klimt langzaam omhoog. Vingertoppen naderen de zoom van Trudy’s minirok.

“Hé, hou op!” Trudy mept in zijn gezicht.

Walter grijpt zijn bovenarm. “Blijf van mijn zus!”

“Laat me toch, makker. Één kleine kus kan geen kwaad.”

Hij probeert zich los te rukken uit Walters greep. Zet een pas vooruit. Walter trekt hem terug. Zijn voet landt op het horloge. Scherp gekraak. Hij lacht, ogen weer half gesloten. “Ha, de tijd staat nu stil. We blijven eeuwig leven, makkers!”

Walters vingers veranderen in een bankschroef. De kerel spuwt een pijnkreet uit, ogen een fractie helderder. “Auw! Laat me los!”
 
Walter gooit de arm van zich af en gromt, “Pa’s horloge. Je hebt het stuk gemaakt.”

“Wat kijk je naar mij, makker? Zij heeft het laten vallen, ik niet.” Hij wendt zich tot Trudy. “Geeft niet, schatje. Liefde is belangrijker dan het materiële. Krijg ik nu die kus?”

Walter grijpt de kraag van het Led Zeppelin T-shirt en trekt de kerel van Trudy weg. Scheurend textiel overstemt de muziek in het café.

“Mijn T-shirt! Wie denk je wel dat je bent, vetzak!”

“Rustig,” zegt Trudy. “Dat T-shirt is toch maar iets materieels?”

“Kutwijf!” Hij neemt Walters glas en gooit het bier in haar gezicht.

Verstard houdt Trudy haar handen omhoog. Dan slaat ze hem een tweede keer, nu met volle vuist. Hij wankelt en botst tegen Walter. De poten van de barkruk geven hun lange strijd op en versplinteren. Walter stuikt achterover, slaat zijn armen rond de kerel en trekt hem met zich mee. Ze maken een kwartslag in hun val en donderen op de grond. Met een ziekmakende bonk valt de kerel met zijn hoofd tegen de voetsteun van de bar. Met open mond, ogen gesloten, blijft hij onder Walter liggen.

Druipende Trudy helpt Walter rechtstaan. “Fuck, wat heb je gedaan?”

“Ik kon er niks aan doen,” zegt Walter. “Hij deed het zelf.”

Trudy raapt het gebroken horloge op. Het verdwijnt in haar jaszak. Ze neemt Walter bij zijn schouders en duwt hem naar de uitgang, weg van de halve cirkel fluisterende en wijzende cafégangers. “Rol je kont naar buiten, Wally. Rennen!”


(Dit verhaal is het resultaat van een schrijfopdracht voor de richting Literaire Creatie aan de Genkse Academie voor Muziek, Woord & Dans, gegeven door Kaat Vrancken.
Foto van Smokey Joe's © upenn.edu)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten